De voorlaatste roman van Virginia Woolf, The years, verschijnt voor het eerst in het Nederlands. Het boek van de 'first lady van de avant-garde' is niet los te lezen van haar dagboeken.
De meeste boeken worden onder water geschreven. Onder de douchestralen stromen ze eruit op de huid van de schrijver, in het badwater zwemmen ze voorbij, de gedachten over wat op papier zal komen.
Virginia Woolf schreef een speech voor een vrouwenvereniging, herwerkte die tot haar illustere essay A room of one's own, en toen nam ze een bad. ' I have this moment, while having my bath', schrijft ze in haar dagboek, ' conceived an entire new book - a sequel to “A room of one's own” - about the sexual life of women: to be called “Professions for women” perhaps - Lord how exciting!' In hogere sferen begint Woolf in oktober 1932 te werken aan een boek met de werktitel The argiters. Vijf jaar later zal dat het daglicht zien als The years.
Als opgroeiend meisje dat knettert van wilde schrijfplannen maar nog niets in handen heeft, zit ik in bad en lees ik de dagboeken van Virginia Woolf. Ze is mijn icoon, denk ik, ze is van mij, ze is door iedereen verkeerd begrepen is, behalve door mij. Ik schrijf dagboeken om mijn onrust te temperen.
Woolfs dagboeken dienen wel vaker om zichzelf op te peppen, om zichzelf vanop een afstandje gade te slaan als het personage Miss Jan, een emotionelere versie van zichzelf, of om de voortgang van haar werk te documenteren. Bij aanvang weet ze perfect hoe het boek rond de familie Pargiter er moet uitzien: ' It must be bold and adventurous.'
Koorddans in het donker
Door de jaren heen droom ik me een weg naar een echt boek. Woorden als inktspinnen krabbel ik neer op papier, een web van probeersels. In de wildste en meest absurde fantasieën duik ik onder. Op een veilige afstand van mezelf kan ik mijn verhalen schrijven. Woolf is ver weg. Maar ik voel dat er iets ontbreekt, dat ik met twee gebroken benen rondwandel door schrijfland. Het onder ogen moeten zien komt me voor als een teddybeer opensnijden om hem meer te kunnen knuffelen.
In de loop van Woolfs schrijfavontuur zal The years een radicale verandering ondergaan.
Haar avontuurlijke plan was om historische fictie en essays af te wisselen en te laten interageren binnen één boekwerk. Ze schrijft non-fictiestukken met bijzondere nadruk op de rol van vrouwen in de maatschappij. De roman vangt aan met de patriarch Pargiter bij zijn minnares en vandaar laat Woolf de camera zwenken naar het pientere meisje Lida Pargiter. Zij hoopt stiekem dat haar stervende moeder nu eindelijk heengaat omdat ze zoveel verzorging vraagt. Woolf betoogt in haar essays dat de veranderende patriarchale samenleving van haar tijd ook vraagt om een ander onderwijssysteem.
Maar het prikkelende experiment met het tweekoppige monster fictie-essay werkt niet. De grote modernistische schrijfster ziet zich genoodzaakt om het boek waarin ze ' the whole of present society… facts as well as a vision' wilde tonen, te onthoofden door de feitelijke essays er genadeloos uit te snijden. Ze komen terecht in de essaybundel Three guineas.
Het resultaat van een spannende maar mislukte koorddans in het donker is paradoxaal genoeg de brave, realistische, haast soapachtige familieroman De jaren. Weliswaar heel sfeervol beschrijft Woolf het doen en laten van de uitgebreide uppermiddleclass-familie Pargiter in en rond Londen, van 1880 tot ongeveer 1932. Het is haar populairste roman en de enige die The New York Times bestsellerlijst haalt. Door de kritiek echter wordt hij maar matig gesmaakt. Die is uitdagender werk gewoon van de first lady van de avant-garde en kent helaas enkel het bleke eindresultaat, niet het hele ontstaansproces.
Wirwar van intriges
Voor zoekers en schrijvers zijn de dagboeken van Woolf bemoediging, troost, noodzaak. Om het hele scala van mogelijkheden te zien. De overdaad. Wat had kunnen bestaan. Wat afwezig is in het gedrukte boek. (Ik denk aan een hondje dat tijdens zijn leven zo mooi mank liep. Nu is het dood.)
Niet voor het eerst krijgt Woolf het verwijt dat ze de grote wereldgebeurtenissen wegmoffelt. De Eerste Wereldoorlog bijvoorbeeld komt in een grootstadsscène over 1917 zo terloops voorbij: 'Met een overdreven verveeld gebaar legde hij zijn bestek neer. Weer een luchtaanval. Alsof een interessant gesprek door een vervelende zeurkous was onderbroken.'
Is dit een gebrek aan engagement? Vandaag is er in de letteren de onweerstaanbare drang om de vlag van nostalgie, afgezoomd met sentiment, te hijsen, of om je eigen veilige leventje leeg te roven en die banaliteit te verkopen als iets waardevols en universeels want als een lezer er met het vergrootglas van herkenning naar kijkt, lijkt het groot. Geef mij dan maar Woolf die in De jaren en ander werk een pijnlijke, vrij cynische waarheid blootlegt: we registreren de wereldbranden wel vanuit onze ooghoek maar we slagen er meesterlijk in om die zo lang mogelijk, tot het echt niet meer kan, weg te houden uit ons dagelijks leven. Dát is volgens Woolf iets universeels, tot welke klasse of tijd we ook behoren. We staan op drempels, we kijken huizen of schermen vol ellende binnen en we gaan verder met ons eigen ik.
Die ambiguïteit in onze menselijke aard tonen, dat is haar engagement. Woolf gelooft niet dat mensen slachtoffers zijn van het lot, maar ze ziet wel de impact van grote instellingen en scheve machtsverhoudingen op kleine levens. 'Martin schudde zijn hoofd. Hij wist verder niets meer te zeggen. Hij vond het vreselijk met bedienden te praten; dan voelde hij zich altijd een huichelaar. Of je doet onnozel of te joviaal, dacht hij. Het is altijd een leugen.'
Ik verf een muur en trap in de emmer verf. Er zijn zoveel jaren geslopen tussen mezelf en waar ik begon. Er zitten zoveel kamers, kinderbedjes, huizen, hotels en verblijfplaatsen tussen mijn lezende ik in bad en de persoon die hier afwezig staat. Wij zijn voortdurend onderweg, zoals de Pargiters in 1887 al. Ze namen een koets met paard want dat 'scheelt een kwartier'.
Hongerig ga ik de straat op. De wereld gaat verder, wie maalt er om iemand die de stoep aantikt met verf? Het kan het spoor van een manke hond zijn. In het raam strijkt een man een hemd. Hij kijkt naar het verfspoor en denkt aan een ontsnapping. We hangen samen door een wirwar van relaties en intriges, tegelijk zijn we los en vluchtig verbonden. Zo scheert een vleermuis over haren, ze is hinderlijk, ze is alweer weg.
De jaren liggen tussen ons, de jaren brengen ons samen.
Vertaald door Barbara de Lange, Athenaeum, 512 blz., 24,99 € (e-boek 18,99 €). Oorspronkelijke titel: 'The years'.
Verberg tekst