Nahr wordt als kind van Palestijnse vluchtelingen in Koeweit geboren. Haar officiële naam is Yaqoot, een foutje. Dit wisselen van namen en plekken (Irak, Jordanië) zal Nahr nog vaak meemaken in haar leven. Als Palestijnse vluchteling is ze opgejaagd wild, waar ze ook komt. Dit is de derde roman van Palestijns-Amerikaans auteur Susan Abulhawa (1970). De voortdurende beproeving van het Palestijnse volk staat centraal in haar werk. De roman leest soms stroef, maar heeft zeker pakkende momenten. De auteur heeft onderzoek gedaan en mensen gesproken over hun ervaringen als politiek gevangene. Er is veel humor en zwartgalligheid in de taal, waardoor er ruimte is voor luchtigheid. De daadkracht, veerkracht en levenskracht van vrouwen is opvallend in het verhaal. Onderdrukking door mannen, maar ook door de staat Israël, wordt tastbaar gemaakt in deze roman. De bezetting van de Palestijnse gebieden leidt tot enorme ontwrichting en ontheemding. Abulhawa geeft de lezer een waardevol en invoelbaar perspectief van binnenuit, ook historisch gezien.