Boek
Nederlands

Vissen hebben geen voeten : een familiesaga

Jón Kalman Stefánsson (auteur), Marcel Otten (vertaler)
+1
Vissen hebben geen voeten : een familiesaga
×
Vissen hebben geen voeten : een familiesaga Vissen hebben geen voeten : een familiesaga

Vissen hebben geen voeten : een familiesaga

Titel
Vissen hebben geen voeten : een familiesaga
Auteur
Jón Kalman Stefánsson
Vertaler
Marcel Otten
Taal
Nederlands
Oorspr. taal
Ijslands
Oorspr. titel
Fiskarnir hafa enga faetur
Editie
1
Uitgever
Amsterdam: Ambo|Anthos, 2015
343 p.
ISBN
9789041426185 (hardback)

Besprekingen

Te weinig liefde is onvergeeflijk

Gematigd optimistisch, zo klinkt de IJslandse schrijver Jón Kalman Stefánsson in zijn nieuwste roman.Vissen hebben geen voeten is een zoektocht naar de verleden tijd. Alexander Van Caeneghem

Voor een land dat amper meer inwoners telt dan Gent, pronkt IJsland met opvallend veel uitstekende, internationaal gelauwerde muzikanten en schrijvers. Volgens Jón Kalman Stefánsson, die zelf in het rijtje thuishoort, zijn muziek en literatuur er de enige kunstvormen. In een interview met De Standaard schreef hij de artistieke hoogconjunctuur toe aan het isolement en het harde leven, dat maar twee opties biedt: met de handen werken en alle hoop opgeven of monomaan werken aan een droom. In de muziek heeft die tweede optie de wereld onder meer The Sugarcubes, Björk, Emiliana Torrini en Sigur Rós opgeleverd, in de literatuur Nobelprijswinnaar Halldór Laxness, de wonderlijke Sjón en de van detective Erlendur bekende misdaadauteur Arnaldur Indriðason.

Ook het hoofdpersonage vanVissen hebben geen voeten, Stefánssons nieuwe roman, is een schrijver die ooit een droom had. Na enkele successen en een echtscheiding is Ari naar Denemarken geëmigreerd, maar na twee jaar keert hij terug vo…Lees verder

Deze tiende roman* van deze IJslandse auteur (1963) sluit aan bij de door H. Laxness ingezette romancultuur: vertrek van en terugkeer naar het eiland en het terugverlangen naar een verdwenen leven. Hoofdpersonage is de veertiger Ari die na een jarenlang leven in Denemarken huis en haard halsoverkop verlaat en terugkeert naar zijn geboorteplaats Keflavik, de ‘donkerste plaats op aarde’. Ooit was Keflavik een levendige plaats met een Amerikaanse vliegbasis en een bruisende vissershaven. In een zeer poëtische taal wordt nostalgisch via een alter ego teruggekeken op Ari’s jeugd en het leven van zijn ouders. Vaak wordt de verhaallijn onderbroken door passages over nog eerdere generaties, bijvoorbeeld over Ari’s grootouders Odd en Margaret die elkaar in het barre noorden van IJsland leerden kennen en van elkaar gingen houden. De fascinerende, maar niet gemakkelijk opgebouwde roman vraagt om uiterste concentratie van de lezer.