LITERATUURPRIJS. Wie wordt de opvolger van Ilja Leonard Pfeijffer als winnaar van de Libris Literatuurprijs op 11 mei? Als we het juryrapport mogen geloven, hebben vrouwelijke auteurs dit jaar een voetje voor.
Adriaan van Dis, Ik kom terug (Atlas/Contact)
Eerlijk moederboek
Het is vergeefs zoeken op de Libris-shortlist naar Jeroen Brouwers en Het hout, zowat het meest bejubelde boek van het voorbije jaar. Een pijnlijke en ongeloofwaardige omissie van de jury. Daarmee is Adriaan van Dis (68) de pater familias van deze shortlist met Ik kom terug. Zal hij zijn medegenomineerden allemaal in zijn immer gladgestreken zak steken?
Zijn roman over de geaccidenteerde relatie met zijn moeder werd uitbundig onthaald in de Nederlandse pers. De laatste vijftien jaar van haar leven kreeg Van Dis 'een geweldige hekel' aan zijn verwekster. Ook omdat ze zich verloor in esoterie en haar geheimen behendig op de knip hield. Toch pelde hij haar stugheid af. Pas wanneer ze over haar traumatiserende detentiejaren in een Jappenkamp praat, breekt de dijk.
Op basis van bijna journalistieke gesprekken maakt Van Dis een volwaardige roman van Ik kom terug. "Het is precies de precieuze beschrijving van deze pijnlijkheid, zowel voor hem als voor zijn moeder, die deze roman zo uitzonderlijk maakt", noteert de jury.
Adriaan van Dis mag beschouwd worden als de te kloppen man, in een boek dat het gevolg is van een afspraak tussen hem en zijn moeder: "Zij vertelt hem haar verhaal en in ruil bezorgt hij haar de pillen die een zachte, vredevolle dood garanderen." Maar misschien oordeelt de jury - met als Vlaamse vertegenwoordiger Marnix Verplancke - dat dit boek vanzelf al zijn weg naar de lezer vond? Toch past een buiging voor de geciseleerde stijl van Van Dis, die nergens ontaardt in gratuite mooischrijverij. Kan men daar ongevoelig voor blijven?
Esther Gerritsen, Roxy (De Geus)
Met gemengde gevoelens
Vanaf de literaire wachttorens en uitkijkposten zien velen een glorieuze toekomst voor Esther Gerritsen (43). Tweemaal eerder was ze genomineerd voor de Libris, maar telkens vertrok ze met lege handen. De in 2000 gedebuteerde Gerritsen heeft ook een serieuze renommee als theaterauteur, maar haar kale schrijven - denk aan Superduif en Dorst - verleidt vooral Nederland. In Vlaanderen krijgt haar werk nauwelijks een poot aan de grond. Nu ze het volgende Boekenweekgeschenk mag schrijven, kan daar verandering in komen.
In haar oeuvre wemelt het van personages die als een bezetene hun eigen gedachtegangen fileren, alsof ze minutieus een moot vis van zijn graten ontdoen. In Roxy pikt Gerritsen het thema van de rouw op. We volgen een 27-jarige vrouw die verneemt dat haar man bij een auto-ongeluk is omgekomen. Een paar dagen later blijkt dat hij vergezeld was van een vrouw, wellicht zijn minnares. Allebei waren ze naakt. Roxy schuift al haar verantwoordelijkheden af, slaat op de vlucht en verliest zich in gratuite seks.
Gerritsen kan goed overweg met gedesoriënteerde personages én dialogen, maar in veel recensies was ook sprake van irritatie. 8weekly las "een verkapt neurotisch dagboek". En ook de jury lijkt enigszins te worstelen met deze roman met zijn breed uitgesmeerde banaliteiten. "Roxy is een uiterst knappe roman die de lezer in de goede betekenis van het woord met gemengde gevoelens achterlaat." Het juryverslag weerspiegelt enige twijfel. Op één lijn raken over deze roman met vreemde soapallures is vast een berenklus. Toch heeft haar kale stijl fervente aanhangers.
Gustaaf Peek, Godin, held (Querido)
Tussen erotiek en melancholie
Vrijmoedige en uitstekend getoonzette erotische scènes: het was voldoende om de dandyesk ogende Gustaaf Peek (40) met zijn roman Godin, held te typecasten als de nieuwe Jan Wolkers. Hoewel Peek al aan zijn vierde roman toe is, beleeft hij met dit boek zijn finest hour. In omgekeerde chronologische volgorde vertelt Peek de zinnelijke relatie tussen de schrijfster Tessa en journalist Marius, die elkaar al sinds de middelbare school kennen.
Vier- en vijfsterrenrecensies waren Peeks deel. Toen Godin, held vervolgens werd uitverkoren tot boek van de maand in De wereld draait door was het hek helemaal van de dam. "We zien Tessa en Marius jonger worden, maar we weten hoe het met ze zal aflopen, en die wetenschap voorziet de met verve beschreven erotische passages van een melancholische ondertoon - en juist die combinatie maakt van Godin, held een rijke, gelaagde roman", luidt het in het juryverslag. Peek leende het principe enigszins bij de Franse regisseur François Ozon, die het procedé al beproefde in zijn film 5 X 2, over een verkruimelend huwelijk.
"Het moet toch wel heel raar lopen als Godin, held, een roman die pijnlijk en ontroerend toont dat er verschillende vormen van bezit bestaan, in 2015 geen grote literaire prijs zal winnen", schreef Sebastiaan Kort in Ons Erfdeel. En inderdaad, dit is het soort boek waarmee een jury een statement kan maken. Ja, dit is een boek over de liefde. Maar ook over eenzaamheid. De beroezende samensmelting van huid op huid is geen garantie voor een geestelijke alliantie. Bovendien is Peek de gedroomde exponent van de zo vaak gepredikte aflossing van de wacht in de Nederlandse letteren.
Peter Terrin, Monte Carlo (De Bezige Bij)
Scherpzinnig kleinood
Met zijn loepzuivere formule 1-roman Monte Carlo blijkt Peter Terrin (46) de enige overblijvende Vlaamse auteur op de shortlist. Oké, literatuur is geen paardenwedrace tussen Vlaanderen en Nederland. Maar toch is dit een schamele balans. Ook op de longlist was de Vlaamse literatuur opvallend bescheiden aanwezig. Enkel Ivo Victoria verzilverde er met Dieven van vuur een plek.
Monte Carlo heeft niet de envergure van Post mortem, waarmee Terrin in 2012 de AKO Literatuurprijs op zijn conto schreef. Toch is deze shortlistnominatie meer dan gerechtvaardigd. Centraal in Monte Carlo staat Lotus-automonteur Jack Preston. Bij de start van de formule 1-race in Monaco, in mei 1968, redt hij de Amerikaanse filmster Deedee van een gewisse dood. Maar het is niet hij die de honneurs opstrijkt, wel Deedees lijfwacht.
Prestons hevige verlangen naar erkenning brengt hem in een soort waanwereld. "Monte Carlo is een scherpzinnige studie geworden van wat beroemdheid en teleurstelling met een mens doen, en dit geformuleerd in een strakke, melodieuze stijl waarbij over ieder woord nagedacht lijkt te zijn", meldt de jury.
Terrins kansen zijn ditmaal niet huizenhoog. Temeer omdat deze fijnzinnig gecomponeerde roman veeleer oogt als een stevige novelle. En het bijna elegische slotakkoord - met de maanlanding, de blik naar de hemel en de stap naar onsterfelijkheid - kan de jury enigszins in verwarring brengen. Het is een allusie op Terrins eigen tocht naar zijn geloof, nadat zijn dochtertje een herseninfarct had overleefd.
Kees 't Hart, Teatro Olimpico (Querido)
Onvervalste satire
Slapstick op de Libris-shortlist? Een courant verschijnsel is het niet. Maar met Teatro Olimpico vallen vrolijke leesuren te beleven. Niet voor wie gebrand is op de bulderlach. Wél voor wie houdt van spitsvondige situatiehumor over een paar onhandige jongens die voortdurend in de luren worden gelegd.
't Hart vertelt de calamiteiten van een theatergezelschap. Met hun voorstelling Rousseau beproeven ze tevergeefs hun geluk in Italië. Hun droom om in het beroemde Teatro Olimpico in Vicenza te spelen wordt op allerlei manieren gedwarsboomd. "Alles gaat mis en de lezer ziet het aankomen, maar dat verhindert niet dat het boek een meeslepende pageturner is. Teatro Olimpico kan gelezen worden als een geslaagde satire over de bureaucratie van het hedendaags subsidiestelsel", meldt de jury.
Kees 't Hart (69) - ook actief als criticus bij De Groene Amsterdammer - is een van die bijzondere Nederlandse auteurs die bij ons amper potten breken. Ondanks een verrassend en intrigerend oeuvre, denk maar aan De revue en Hotel Vertigo. Toch is deze roman wellicht te luchtig om een Libris te verantwoorden. 't Hart is de absolute outsider. Maar is een outsider soms niet even kansrijk als een favoriet? Er bestaan geen zekerheden in het literaire prijzencircus.
Nin~a Weijers, De consequenties (Atlas/Contact)
Debuut met body
Met een Anton Wachterprijs en de Lezersprijs van de Gouden Boekenuil in portefeuille kan het voor de Nederlandse debutante Niña Weijers (27) eigenlijk al niet meer stuk. Om maar te zwijgen van de warmhartige ontvangst van De consequenties door de verzamelde literaire kritiek en de 10.000 verkochte exemplaren.
Haar fascinerende hoofdpersonage, de performancekunstenares Minnie Panis, maakt van de werkelijkheid een gevaarlijk laboratorium, enigszins verwant aan de exploten van de Franse Sophie Calle. Ook zij tast de grenzen af tussen leven en kunst, privacy en openbaarheid. "De roman is doorspekt met discussies over moderne kunst die goed te verteren zijn door de ironiserende en kritische toon", meldt het juryverslag droogweg. Belangrijker is volgende opmerking: "Het viel de jury op hoeveel jonge, vrouwelijke debutanten het voorbije jaar heeft opgeleverd die niet alleen qua kwantiteit, maar ook qua literaire kwaliteit menig mannelijke vakgenoot ver achter zich lieten."
De Libris onder voorzitterschap van Rijksmuseum-directeur Wim Pijbes maakt er dit jaar een literaire strijd der seksen van. Op de longlist stonden opvallend veel aanstormende vrouwelijke auteurs: Bregje Hofstede, Naomi Rebekka Boekwijt, Caroline Trujillo, Maartje Wortel en Hanna Bervoets. En Esther Gerritsen haalde de shortlist. Als de jury consequent is met haar eigen bevindingen, gunt ze dus wellicht een schrijfster de 50.000 euro.
Dan komt Niña Weijers uitdrukkelijk in beeld, zeker omdat haar roman veel meer body heeft dan Roxy van Esther Gerritsen. Zo zou Weijers de eerste vrouwelijke winnaar sinds 2008 zijn. Maar wie het palmares van de Libris overschouwt, merkt dat een debutant zelden lauwerkransen omhangen krijgt. Piepkuiken Weijers houdt in het Amstel Hotel maar beter de voeten op de grond.
DIRK LEYMAN ■
Verberg tekst